Ga naar de inhoud

6.5 Samenkoppeling met koppelteken

regel 6.K

Een samenkoppeling schrijven we met koppeltekens.

Als een vaste woordgroep* één begrip vormt, kunnen we de eenheid aangeven door koppeltekens tussen de woorden te plaatsen. Een dergelijke woordgroep wordt een samenkoppeling* genoemd.

  • een kruidje-roer-mij-niet
  • het staakt-het-vuren
  • het vrouw-zijn
  • een kant-en-klare maaltijd
  • laag-bij-de-gronds
  • een duivel-doet-al
  • Onze-Lieve-Vrouw

Samenkoppelingen die we uit andere talen overnemen, behouden de koppeltekens of de spaties die ze in de vreemde taal hebben.

  • a priori, het a priori (maar in een afleiding*: a-priorisch)
  • haute couture
  • deux-chevaux
  • face-à-main
  • rez-de-chaussee
  • trompe-l'oeil

→ samenkoppeling in samenstelling: 6.6

→ woordgroep of samenstelling: 6.8

→ Engelse samenstellingen en uitdrukkingen aaneen of los: 12.1